Het orgel is in 1820 gebouwd door J.A. Hillebrand. In 1942 is een restauratie uitgevoerd door H.W. Flentrop, waarbij het onder andere is uitgebreid met een elektro-pneumatisch vrij pedaal en de windvoorziening is vernieuwd. Ook zijn enkele wijzigingen in de dispositie aangebracht. In de jaren 1974 en 1986 is door de firma Flentrop Orgelbouw een nieuwe grote restauratie uitgevoerd. Hierbij is onder andere het in 1942 aangebrachte elektro-pneumatische pedaal vervangen door een mechanisch vrij pedaal.
De dispositie:
Hoofdwerk: C – f3 Bourdon 16′, Prestant 8′, Holpijp 8′, Flute Travers 8′ disc., Octaaf 4′, Fluit 4′, Quint 3′, Superoctaaf 2′, Mixtuur 3-4 st., Cornet 3 st. disc., Trompet 8′ B/D.
Rugpositief: C – f3 Gedekt 8′, Viola di Gamba 8′, Prestant 4′, Fluit 4′, Nasard 3′, Woudfluit 2′, Dulciaan 8′.
Pedaal: C – d1 Bourdon 16′, Octaaf 8′.
Speelhulpen en koppels: HW-RP, Ped-HW, Tremulant.